Het echte dieet van Jean-Claude Van Damme, die op 58-jarige leeftijd nog steeds gespierd is

Jean-Claude Van Damme heeft misschien wel een van de meest herkenbare gezichten – en stemmen – in de actiefilmindustrie. In de meer dan dertig jaar die zijn verstreken sinds Bloodsport uit 1988 hem voor het eerst internationale erkenning bracht, heeft de acteur geholpen de “Hollywood tough guy” trope te vormen en vervolgens stilletjes te ondermijnen. (Zie: Jean-Claude Van Johnson, een meestal zelfbewuste send-up van zijn carrière die op Amazon wordt uitgezonden). We spraken onlangs met de nu 58-jarige “Muscles from Brussels” – wiens nieuwste film, We Die Young, nu uit is op Blu-ray en digitaal – om meer te weten te komen over hoe hij eet, traint en denkt om zijn lichaamsbouw te behouden waarmee hij beroemd is geworden.

GQ: Ik was je IMDB-pagina aan het bekijken en man, je hebt in heel wat films gespeeld. Hoe is je dieet veranderd in de drie decennia dat je nu actief bent?

Jean-Claude Van Damme: Ik ben op een punt gekomen dat ik voeding begrijp, de plussen en de minnen ervan. Omdat we zoveel verschillende soorten diëten hebben, zijn er zoveel verschillende manieren van eten. Verschillende boeken met verschillende volgordes, en dit en dat.

Ik denk dat je moet eten waar je je goed bij voelt. Niet zoals roomkaas, en cake, en chocolade de hele tijd. Maar je lichaam weet het. Na al die jaren weet mijn lichaam wat het moet eten. Geloof het of niet, ik kan het voelen. Bijvoorbeeld, ik wilde zalm, maar een week lang mocht ik geen eieren eten. En dan op maandag en dinsdag zou ik eieren eten. Ik ga gewoon af op hoe ik me voel. Ik luister.

Neem eens een typische dag met me door. Is het anders wat betreft wat je eet als je je voorbereidt op een rol dan wanneer je dat niet doet?

Het kan anders zijn, ja. Misschien alleen de hoeveelheden. Ik eet meer als ik train, natuurlijk. Ik ben niet zo’n vlees- of viseter. Ik hou van veel groenten en pasta en salades en hummus. Maar het is ook goed om wat Omega-3 toe te voegen. Je moet wat Omega hebben. Je hebt geen vis nodig; je kunt Omega krijgen via plantaardige of visolie. Maar het is belangrijk, Omega.

Ook, laat me zeggen, het is belangrijk om je groenten te eten, want alle ziekten beginnen in de darmen. Je moet het vel van de tomaat schillen. Je moet perziken schillen. Appelschillen, je moet ze schillen, niet schoonmaken. Het is microscopisch klein voor onze ogen, maar het tomatenvel is als een muur van bescherming. Daarom aten onze grootouders vroeger tomaten zonder velletje.

Veel mensen zeggen dat de velletjes van groenten en fruit eigenlijk best belangrijk en voedzaam zijn.

Het is BS. De voedingsindustrie probeert ons allemaal in één model te passen.

Ik ben vreselijk tegen ’s ochtends eten. Wat kan ik doen om die gewoonte te doorbreken?

Het is het beste om ’s morgens bessen te eten. Bosbessen, aardbeien, alle soorten bessen-antioxidanten en ontstekingsremmers. Maar als je naar een winkelcentrum gaat om boodschappen te doen en ze zetten het voor je neer, dan is het vlees, vlees, vlees. Kip, kip. Ze zeggen dat eiwit goed voor je is. Eiwit is het ergste. Als je een ei eet, eet dan het gele, twee of drie gele, en een wit.

Jaren en jaren geleden moesten ze ’s morgens wakker worden en naar het bos gaan en eerst wat bessen plukken. Als je een ei vindt, eet je een ei. Maar om een dier te vinden dat moet rennen, moest je het achtervolgen. De jacht is moeilijk, en als de jager zijn dier vangt, verdient hij misschien het vlees. Wij jagen niet. Je weet wat ik bedoel. Je moet op de ouderwetse manier denken.

Bent u een van die mensen die graag veel kleinere maaltijden eet gedurende de dag?

Ja. Ik eet zes, zeven, acht keer per dag. Kleine porties. Als je drie keer per dag eet, houdt je lichaam zo’n 70% vet vast om je tegen uithongering te beschermen. Je zou vijf, zes, zeven keer per dag moeten eten, en langzaam zal je metabolisme veranderen, en zal het lichaam nog maar 30% vet vasthouden. Als je elk uur eet, en goed eet, dan kun je een stuk chocolade nemen. Het leven is kort. Je moet voor chocolade gaan, en ga voor een goede. Als je op een dag patat wilt, kun je vier of vijf goede patat nemen in plaats van twintig die naar stront smaken.

Maar doe rustig aan met vlees.

Ja. Vlees is misschien één keer per maand goed. Het is belangrijk om alle soorten voedsel te eten. Ik vraag mijn oma, ik zeg, “Oma, hoe komt het dat je al zo lang leeft?” En zij zegt: “Dat komt omdat ik veel voedsel eet.”

Ziet u een moment in uw leven waarop u volledig vegetariër wordt? Het lijkt erop dat u in de loop der jaren steeds minder vlees eet, nietwaar?

Toen ik jong was, at ik veel vlees. Nu voel ik me beter. Ik weet nu wat ik moet eten. Ik heb bloedtesten en allergie-tests ondergaan om me te helpen beslissen wat ik wel en wat ik niet moet eten. Het zijn vooral fouten en tijd.

Dit interview is bewerkt en ingekort.