Hoe computermonitoren werken
Liquid crystal display-technologie werkt door het blokkeren van licht. Een LCD-scherm bestaat uit twee stukken gepolariseerd glas (ook substraat genoemd) met daartussen vloeibaar kristal. Een achtergrondverlichting creëert licht dat door het eerste substraat gaat. Tegelijkertijd zorgen elektrische stroompjes ervoor dat de moleculen van het vloeibare kristal zich op één lijn bevinden, zodat verschillende lichtniveaus naar het tweede substraat worden doorgelaten en de kleuren en afbeeldingen worden gecreëerd die u ziet.
Deze inhoud is niet compatibel met dit apparaat.
Actieve en passieve matrixdisplays
De meeste LCD-displays maken gebruik van actieve matrixtechnologie. Een dunne-filmtransistor (TFT) plaatst kleine transistors en condensatoren in een matrix op het glas van het beeldscherm. Om een bepaalde pixel aan te spreken, wordt de juiste rij ingeschakeld, waarna een lading door de juiste kolom wordt gestuurd. Aangezien alle andere rijen die de kolom doorsnijdt, zijn uitgeschakeld, ontvangt alleen de condensator bij de aangewezen pixel een lading. De condensator kan de lading vasthouden tot de volgende verversingscyclus.
Advertentie
Het andere type LCD-technologie is passieve matrix. Dit type LCD-scherm maakt gebruik van een raster van geleidend metaal om elke pixel op te laden. Hoewel de productie minder duur is, worden passieve matrixmonitoren tegenwoordig zelden gebruikt vanwege de trage reactietijd en de onnauwkeurige spanningsregeling in vergelijking met de actieve matrixtechnologie.
Nu u weet hoe de LCD-technologie werkt, gaan we eens kijken naar enkele specifieke kenmerken die uniek zijn voor LCD-monitoren.