Procesrecht
“Procesrecht” en “materieel recht” in verschillende talenEdit
“Procesrecht” in tegenstelling tot “materieel recht” is een begrip dat in verschillende rechtssystemen en talen voorkomt. Vergelijkbaar met de Engelse uitdrukkingen zijn de Spaanse woorden derecho adjetivo en derecho materivo of derecho sustantivo, alsmede de Portugese termen voor hen, direito adjetivo en direito substantivo. Andere ideeën liggen ten grondslag aan de Duitse uitdrukkingen formelles Recht (of Verfahrensrecht) en materielles Recht, alsmede aan het Franse droit formel/droit matériel, het Italiaanse diritto formale/diritto materiale en het Zweedse formell rätt/materiell rätt; al deze uitdrukkingen betekenen, letterlijk genomen, “formeel” en “materieel” recht. Dezelfde tegenstelling is te vinden in de Russische juridische woordenschat, met материальное право voor materieel recht en процессуальное право voor procedureel recht. Net als in het Russisch wordt in het Bulgaars “материално право” gebruikt voor materieel recht en “процесуално право” voor procedureel recht. In het Chinees worden “procesrecht” en “materieel recht” weergegeven door deze tekens: “程序法” en “实体法”.
In Duitsland zijn de uitdrukkingen formelles Recht en materielles Recht in de 19e eeuw ontwikkeld, omdat pas in die tijd de Romeinse actio in procedurele en materiële componenten werd gesplitst.
De inhoud van “procesrecht”/”materieel recht” in EuropaEdit
In de Europese rechtsstelsels was het Romeinse recht van grote invloed geweest. In de oudheid was de Romeinse burgerlijke rechtsvordering van toepassing op vele landen. Een van de hoofdpunten van de procedure was de actio (vergelijkbaar met het Engelse woord “handeling”). In de procedure van de legis actiones omvatte de actio zowel procedurele als inhoudelijke elementen. Want tijdens deze procedure had de praetor een proces toegestaan, of geweigerd, door respectievelijk een actio toe te kennen of te weigeren. Door het toekennen van de actio heeft de praetor uiteindelijk aanspraken in het leven geroepen. D.w.z. een procedurele handeling heeft het bestaan van inhoudelijke aanspraken veroorzaakt. Een dergelijke voorrang (procedure boven inhoud) is in strijd met hoe wij tegenwoordig over de verhouding denken. Maar het is niet alleen een kwestie geweest van voorrang en of het een het ander dient. Aangezien de actio was samengesteld uit elementen van procedure en substantie was het moeilijk beide delen weer te scheiden.
Zelfs de wetenschappelijke behandeling van het recht, die zich in de middeleeuwen ontwikkelde aan de nieuwe universiteiten in Italië (met name in Bologna, Mantua), kwam niet tot een volledige en duidelijke scheiding. (Het Engelse systeem van “writs” had in de Middeleeuwen een soortgelijk probleem als de Romeinse traditie met de actio.)
In Duitsland werd aan de eenheid van procedure en inhoud in de actio definitief een einde gemaakt met de codificatie van het Bürgerliches Gesetzbuch (BGB) dat op 1 januari 1900 in werking trad. De uitdrukking Anspruch (§ 194 BGB) – wat “vordering” betekent – werd “gezuiverd” van procedurele elementen. En dit was het moment om de termen formelles / materielles Recht te “stichten”. Na de Tweede Wereldoorlog werd de uitdrukking formelles Recht echter duidelijk “besmet” bevonden en in ruime mate vervangen door Prozessrecht, waarbij het idee erachter werd versmald tot “procesrecht” (waardoor bijvoorbeeld het recht van andere procedures en het recht inzake bevoegdheden werden uitgesloten).