Guy Montag

Aan het begin van de roman is hij gelukkig in zijn werk met het vernietigen van boeken en vraagt hij zich nooit af wat zijn rol is als instrument om gedachten te onderdrukken. Verschillende gebeurtenissen doen hem twijfelen aan zijn eigen bestaan:

• Ten eerste ontmoet hij Clarisse McClellan, een 17-jarige, terwijl hij van zijn werk naar huis loopt. Zijn gesprekken met haar zetten aan tot nadenken en verzachten Montag’s eenzaamheid. Haar dood spoort hem aan om radicaal te worden.
• Tweede ontdekt hij dat zijn vrouw, die de voorkeur geeft aan het kijken naar The Family haar favoriete programma op de televisie of de salonmuren, en radio of “zeeschelp oordopjes” boven menselijke interactie, een overdosis slaappillen heeft genomen. Het ongevoelige gedrag van de verplegers maakt dat hij zich erg vervreemd voelt, terwijl de leegte van zijn vrouw hem verontrust en kwaad maakt.
• Ten derde krijgt hij een oproep om naar een huis te gaan dat eigendom is van een oude vrouw die een bibliotheek met boeken heeft verstopt. In plaats van uit het huis te worden geleid voordat het in brand wordt gestoken, besluit ze zelf de brand aan te steken, en verbrandt levend met haar boeken.
• Vierde, hij herinnert zich een toevallige ontmoeting die hij een jaar eerder had met een oude man in het park, die later wordt geïdentificeerd als een Engelse professor. Montag, die in het geheim boeken in zijn eigen huis heeft verstopt, maakt uiteindelijk contact met deze man, genaamd Faber.

In de loop van de roman raakt Montag steeds meer gedesillusioneerd over de hedonistische, anti-intellectuele samenleving om hem heen. Bradbury benadrukt dat de Amerikaanse regering met het verbranden van boeken slechts de wil uitdrukt van een volk waarvan de korte aandachtsspanne, de onverschilligheid en het hedonisme geleidelijk elke schijn van intellectualisme uit het openbare leven hebben uitgewist. Op scholen worden geen menswetenschappen meer onderwezen, kinderen zijn terloops gewelddadig, en volwassenen worden voortdurend afgeleid door “zeeschelpen” (kleine audio-apparaatjes die op oordopjes lijken) en nietszeggende televisieprogramma’s die op wandgrote schermen worden vertoond. Auteurs en lezers worden beschouwd als pretentieus en gevaarlijk voor het welzijn van de samenleving. Hij ontmoet veel personages die zijn kijk op het leven veranderen, zoals Clarisse en Faber.

Na een incident waarbij Montag probeert een gedicht voor te lezen aan de vrienden van zijn vrouw wanneer zij op bezoek zijn, klaagt zijn vrouw hun huis aan als boekbezitters. Montag’s brandweercommandant, Beatty, probeert hem ervan te overtuigen dat boeken slecht zijn, en dringt er bij hem op aan terug te keren tot de onnadenkende brandweerman-mentaliteit, maar Montag weigert.

Nadat de brandweerkazerne een alarmmelding krijgt, rijdt Beatty met de brandweerwagen naar de locatie, en dat is Montag’s huis. Beatty dwingt Montag om zijn eigen huis in brand te steken. Nadat Montag klaar is, confronteert Beatty Montag en ontdekt het apparaat dat hij gebruikt om te communiceren met Faber. Nadat Beatty heeft gezworen te achterhalen wie er aan de andere lijn was, richt Montag de brandslang op Beatty en brandt hem dood.

Hij vlucht door de straten van de stad naar Faber’s huis, met een mechanische jachthond van een andere brandweerkazerne en helikopters van het televisienetwerk in zijn achtervolging. Als hij bij Faber’s huis aankomt, vertelt de oude man Montag over zwervende boekenliefhebbers op het platteland. Montag ontsnapt dan naar een plaatselijke rivier, drijft stroomafwaarts en ontmoet een groep oudere mannen die, tot Montag’s verbazing, hele boeken uit het hoofd hebben geleerd en ze mondeling bewaren totdat de wet tegen boeken is afgeschaft. De oorlog begint. Montag kijkt hulpeloos toe hoe straaljagers overvliegen en de stad met kernwapens aanvallen.