Articles

Herbert Hoover: Impact en nalatenschap

Voor vele jaren hadden zowel wetenschappers als het Amerikaanse publiek een zeer lage dunk van Hoover. Zij gaven hem de schuld van de Grote Depressie en bekritiseerden zijn pogingen om de crisis op te lossen. Vanaf de jaren 1970 begon Hoovers reputatie zich echter te herstellen. Historici wezen erop dat Hoovers omarming van het voluntarisme, zijn vertrouwen in de expertise van de sociale wetenschappen, en zijn aanmoediging tot samenwerking tussen de verschillende segmenten van de Amerikaanse economische orde niet geworteld waren in een harteloos en reactionair conservatisme, maar in het progressieve sociale denken van zijn tijd. Hoover hield vast aan deze benaderingen tijdens zijn presidentschap, vooral met commissies als de White House Conference on Health and the Protection of Children en het President’s Committee on Recent Social Trends.

Zelfs toen de natie in de Grote Depressie terecht kwam, bleef Hoovers geloof in vrijwilligheid en samenwerking standvastig, wat leidde tot innovatieve en ongekende overheidsinspanningen zoals het President’s Emergency Committee on Employment, de President’s Organization for Unemployment Relief, en de National Credit Corporation. Hoover lobbyde ook consequent bij staats- en lokale overheden – en bij het Amerikaanse Congres – om de uitgaven voor openbare werken te verhogen. Tegelijkertijd erkennen historici nu dat Hoover soms het voluntarisme opgaf ten gunste van overheidsinterventies in de economische zaken van het land in de hoop de Depressie te beëindigen met pogingen als de Reconstruction Finance Corporation en de Emergency Relief Construction Act. Tenslotte beweren veel historici, met het voordeel van een terugblik, dat Hoover in werkelijkheid weinig had kunnen doen om de Depressie op te lossen. Zij beweren terecht dat de Amerikaanse toetreding tot de Tweede Wereldoorlog – en niet Roosevelts New Deal – de Verenigde Staten uit het slop heeft getrokken.

Niettemin hebben veel geleerden nog steeds kritiek op Hoovers weigering om grootschalige hulpprogramma’s goed te keuren die het lijden en de honger hadden kunnen verlichten, op zijn onwil om aanzienlijke federale uitgaven te doen om de economie te stimuleren, en op zijn algemene onvermogen om het alomvattende karakter van de Grote Depressie te erkennen. Hoover leek eenvoudigweg nooit te hebben ingezien dat de economische crisis een ernstige bedreiging vormde voor het land – en dat oplossingen voor de Depressie wellicht het loslaten van een aantal van zijn diepgewortelde overtuigingen zou hebben vereist.

Hoover verergerde deze misstappen, die elk politieke implicaties hadden, met onbekwaam politiek manoeuvreren. Hoover bleek niet in staat om het Congres, de pers en het publiek – of moeilijke situaties zoals het Bonusleger – zo te benaderen dat er vertrouwen in zijn leiderschap ontstond. Er moet ook worden opgemerkt dat Hoovers twijfelachtige politieke oordeel en leiderschap niet werden veroorzaakt door de “Great Crash”. In de eerste maanden van zijn presidentschap toonde Hoover weinig politiek inzicht tijdens debatten over het landbouw- en tariefbeleid. De Grote Depressie bracht deze politieke mislukkingen, evenals Hoovers ideologische en beleidsmatige beperkingen, echter in scherp reliëf, waardoor hun effecten werden overdreven en de weg werd vrijgemaakt voor Franklin Roosevelts overwinning in de presidentsverkiezingen van 1932. Wat er dan over Hoover naar buiten komt is een gemengd en misschien nog steeds vernietigend oordeel, maar wel een dat de president, zijn beleid en zijn politiek nauwkeuriger beoordeelt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *