Introductie tot Fricatieven
-
v klank /v/
-
f klank /f/
-
gestemd th-geluid /ð/
-
ongestemd th-geluid /θ/
-
z-geluid /z/
-
s klank /s/
-
zh klank /ʒ/
-
sh klank /ʃ/
-
h klank /h/
komen vaak niet precies overeen met een bepaalde klank in de moedertaal van een leerling in het Engels als tweede taal/Engels als vreemde taal. Dit veroorzaakt substituties, en die substituties hebben vaak significante verschillen met de bedoelde Engelse klank.
Er zijn drie belangrijke punten die beginnende ESL/ELL-studenten moeten begrijpen over fricatieve klanken:
-
Om fricatieven te produceren, stroomt lucht soepel door een kleine, vernauwde opening in het spraakkanaal. De wrijving van de lucht veroorzaakt het geluid.
-
Fricatieven kunnen continu worden gevormd, zonder volledige blokkade van het spraakkanaal (in tegenstelling tot registers en affricaten).
-
Behalve voor /h/ komen fricatieven voor in stemhebbende/stemloze paren.
Er is nog een subtiel, bijkomend aspect van fricatieve klanken:
-
De duur van een klinkergeluid voor een stemhebbende fricatief is groter dan de duur van een klinkergeluid voor een stemloze fricatief.
Voiced and unvoiced sounds
Van de negen fricatieve klanken in het Engels zijn er vier voiced (d.w.z. dat de stembanden trillen tijdens het voortbrengen van de klank) en vijf unvoiced (d.w.z. dat de stembanden niet trillen tijdens het voortbrengen van de klank). Stemhebbende en ongestemde klanken komen meestal in paren voor, waarbij het belangrijkste verschil tussen de klanken in het paar het al dan niet gebruiken van de stembanden is.
Verlenging van de klinker
De klinkerklank voor stemhebbende medeklinkers heeft een langere duur dan de klinkerklank voor zijn ongestemde tegenhanger. Deze verandering in klinkerduur helpt luisteraars van het Engels op subtiele wijze te bepalen welke fricatiefklank werd uitgesproken. Sommige woordenboeken gebruiken een kolon-achtig symbool van gestapelde driehoekjes (ː) om een klinker met een langere duur aan te duiden.
Let op het verschil in klinkerduur in de volgende minimale paren.
face /feɪs/ – phase /feɪːz/