Articles

Politieke cultuur

Politieke cultuur is in de politieke wetenschap een geheel van gedeelde opvattingen en normatieve oordelen van een bevolking over haar politieke systeem. Het begrip politieke cultuur verwijst niet naar attitudes ten opzichte van specifieke actoren, zoals een president of premier, maar geeft eerder aan hoe mensen het politieke systeem in zijn geheel zien en hoe zij geloven in de legitimiteit ervan. De Amerikaanse politicoloog Lucian Pye definieerde politieke cultuur als het geheel van fundamentele waarden, gevoelens en kennis die ten grondslag liggen aan het politieke proces. De bouwstenen van de politieke cultuur zijn dus de overtuigingen, meningen en emoties van de burgers ten opzichte van hun regeringsvorm.

Confucius
Lees meer over dit onderwerp
politieke wetenschap: Politieke cultuur
” Politieke cultuur kan worden gedefinieerd als de politieke psychologie van een land of natie (of subgroep daarvan). Politieke…

Politieke cultuur is het meest intensief bestudeerd in de context van gevestigde westerse democratieën. De klassieke studie over politieke cultuur is The Civic Culture (1963) van de Amerikaanse politicologen Gabriel Almond en Sydney Verba. Dit baanbrekende onderzoek, dat gebaseerd was op enquêtes in de Verenigde Staten, Groot-Brittannië, West-Duitsland, Italië en Mexico, trachtte de politieke cultuur vast te stellen waarbinnen een liberale democratie zich het best kan ontwikkelen en consolideren. Het betoog van Almond en Verba is gebaseerd op een onderscheid tussen drie zuivere types van politieke cultuur: parochiale, subjectieve en participerende. In een parochiale politieke cultuur zijn burgers zich slechts zijdelings bewust van het bestaan van een centrale overheid. In een subjectpolitieke cultuur ziet de burger zichzelf niet als deelnemer aan het politieke proces, maar als onderdaan van de overheid. In een participerende politieke cultuur geloven burgers zowel dat zij kunnen bijdragen aan het systeem als dat zij erdoor beïnvloed worden. Het werk van Almond en Verba trok de aandacht van generaties wetenschappers die de bevindingen herhaalden, de conceptualiseringen bekritiseerden en de theorie verfijnden.

Almond en Verba’s kernidee was dat democratie het meest stabiel zal blijken in samenlevingen waar subject- en parochiale attitudes ballast vormen voor een in wezen participerende cultuur. Deze mix staat bekend als burgerlijke cultuur. In deze ideale combinatie zijn de burgers voldoende actief in de politiek om hun voorkeuren aan de regeerders kenbaar te maken, maar niet zo betrokken dat zij weigeren besluiten te aanvaarden waarmee zij het niet eens zijn. Aldus lost de burgerlijke cultuur de spanning binnen de democratie op tussen volkscontrole en doeltreffend bestuur. In de studie van Almond en Verba kwamen Groot-Brittannië en, in mindere mate, de Verenigde Staten het dichtst bij dit ideaal. In beide landen hadden de burgers het gevoel dat zij invloed konden uitoefenen op de regering. In navolging van The Civic Culture betoogde de Amerikaanse politicoloog Robert Putnam dat civic community, gebaseerd op een hoge mate van politieke belangstelling, sociale gelijkheid, interpersoonlijk vertrouwen en vrijwillige vereniging, leidt tot een grotere kans op effectief bestuur en democratie.

Politieke cultuur is de eigenschap van een collectiviteit – bijvoorbeeld een land, regio, klasse of partij. Terwijl de meeste studies naar politieke cultuur zich concentreerden op nationale culturen, richtten sommige studies zich op territoriaal afgebakende eenheden op subnationaal niveau, zoals de politieke culturen van Amerikaanse staten, Canadese provincies of Italiaanse regio’s. Andere studies analyseerden de culturele kenmerken van sociale groepen, zoals de politieke elite, de arbeidersklasse en dergelijke.

Gebruik een Britannica Premium-abonnement en krijg toegang tot exclusieve inhoud. Abonneer u nu

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *