The role of antihistamines in asthma management
Histamine is een belangrijke mediator in luchtwegontsteking. Het is verhoogd in de luchtwegen van astmapatiënten en is verantwoordelijk voor veel van de pathofysiologische kenmerken van astma. Antihistaminica blokkeren de werking van histamine en hebben ook een effect op de ontsteking dat onafhankelijk is van histamine-H(1)-receptor antagonisme. Van antihistaminica is aangetoond dat ze bronchusverwijdende effecten hebben, effecten op allergeen-, inspannings- en adenosine-monofosfaat-challenge-tests, en ook dat ze allergeen-geïnduceerde niet-specifieke hyperresponsiviteit van de luchtwegen voorkomen. Klinische studies hebben gemengde resultaten laten zien, en sommige studies hebben gunstige effecten gemeld van azelastine, cetirizine, desloratadine en fexofenadine op astmasymptomen of fysiologische maatregelen bij patiënten met astma. De combinatie van een antihistaminicum en een leukotriënenreceptorantagonist heeft in bepaalde studies een additieve werking aangetoond. Van antihistaminica is ook aangetoond dat zij de ontwikkeling van astma vertragen of voorkomen bij een subgroep van atopische kinderen. Deze gegevens suggereren dat antihistaminica gunstige effecten kunnen hebben bij de behandeling van astma.