Portrait of an Artist (Pool with Two Figures)
In dit werk komen twee thema’s van Hockney’s schilderijen uit de late jaren zestig en vroege jaren zeventig samen: het zwembad, en het dubbelportret. Het toont een mannelijke figuur in een witte zwembroek die onder water schoolslag zwemt, en de schilder Peter Schlesinger, Hockney’s vroegere minnaar en muze, volledig gekleed en staand aan de rand van het zwembad en neerkijkend op de zwemmer. Het schilderij speelt zich af in Zuid-Frankrijk, in de buurt van Saint-Tropez.
De compositie is geïnspireerd op een toevallige combinatie van foto’s die Hockney op de vloer van zijn studio zag liggen: een foto van een man die onder water zwom, genomen in Californië in 1966, en een foto van een man die naar de grond keek. Naast elkaar geplaatst, leek het alsof de staande persoon naar de zwemmer keek. Hockney’s relatie met Schlesinger was abrupt beëindigd in 1971, na een ruzie in Cadaqués. “Door een andere jongeman te tonen die naar Peter toe zwemt, erkent de kunstenaar de verloren liefde en het verlangen van zijn vriend naar een nieuwe partner”. Het schilderij kan worden gezien als passend in een Europese traditie sinds de Renaissance om het naakt badend af te beelden, de vlek van de vervuiling afspoelend te midden van de rust van de natuur.
Hockney werkte eind 1971 vier maanden aan het schilderij, maar ontevreden over de compositie, met name over de hoek van het zwembad, liet hij het werk varen en begon opnieuw. Daarna reisde hij enkele maanden met Mark Lancaster, en keerde begin 1972 terug naar het werk. Het jaar 1972 was een zeer productief jaar voor Hockney, omdat hij zich op zijn werk stortte om te ontsnappen aan zijn ongeluk, vaak werkte hij 14 of 15 uur per dag. Rond dezelfde tijd werkte hij aan zijn (onvoltooide) dubbelportret van George Lawson en Wayne Sleep (1972-5, Tate).
In april 1972 vloog Hockney naar Zuid-Frankrijk om de figuur die onder water zwom beter in beeld te brengen, waarbij hij gebruik maakte van het zwembad in de villa van filmregisseur Tony Richardson in Le Nid du Duc bij Saint-Tropez om dit te doen. Hockney’s studioassistent, Mo McDermott, bootste de pose van de teneergeslagen man na, terwijl een jonge fotograaf, John St Clair, de zwemmer was. Hockney nam honderden foto’s gebaseerd op zijn oorspronkelijke compositie.
Terug in zijn Londense studio, assembleerde Hockney de foto’s samen met foto’s van Peter Schlesinger genomen in Kensington Gardens met dezelfde roze jas aan. Hockney werkte twee weken aan het schilderij, 18 uur per dag, en voltooide en verniste het pas de nacht voordat het verscheept zou worden naar New York voor de tentoonstelling in de André Emmerich Gallery. Het werd voor het eerst getoond in de tentoonstelling Paintings and Drawings, die liep van 13 tot 31 mei 1972.
De creatie van het schilderij en het stuklopen van Hockney’s relatie met Schlesinger kwamen aan bod in de semi-fictieve documentaire A Bigger Splash uit 1974, genoemd naar het schilderij van Hockney uit 1967.