Articles

Tramadol en serotoninesyndroom

Wat is serotoninesyndroom?

Het serotoninesyndroom is het gevolg van overmatige serotonine-effecten in het centrale zenuwstelsel en is meestal het gevolg van gelijktijdige toediening van 2 of meer serotonerge geneesmiddelen. Het serotoninesyndroom kan ook optreden bij te hoge doses van een enkel serotonerg geneesmiddel.

Wat zijn de symptomen van het serotoninesyndroom?

Sommige symptomen, zoals verwardheid, agitatie en koorts, zijn betrekkelijk aspecifiek en kunnen worden veroorzaakt door vele andere aandoeningen dan het serotoninesyndroom. Andere symptomen zijn echter specifieker, en dus bruikbaarder bij de vroege opsporing van het serotoninesyndroom. Dit zijn onder andere myoclonus (spierschokken), spierstijfheid, en tremor. Het serotoninesyndroom kan ook zweten, incoördinatie, toevallen en coma veroorzaken. Ernstige gevallen van het serotoninesyndroom kunnen fataal zijn.

Hoe zit het met Tramadol?

Er zijn veel meldingen van patiënten die SSRI’s of SNRI’s gebruikten en die het serotoninesyndroom ontwikkelden terwijl ze gelijktijdig tramadol gebruikten. De gemelde gevallen betroffen het combineren van tramadol met citalopram, fluoxetine, paroxetine, nefazodon, sertraline en venlafaxine. Er zijn aanwijzingen dat mirtazapine ook een wisselwerking kan hebben met tramadol, maar bevestiging is nodig.

Zijn er risicofactoren voor deze wisselwerking?

Beschikbaar bewijs suggereert dat hogere plasmaconcentraties van tramadol en/of SSRI’s het risico op het serotoninesyndroom verhogen. Sommige patiënten verdroegen de combinaties, maar ontwikkelden het serotoninesyndroom wanneer de dosis van een of beide geneesmiddelen werd verhoogd. Bovendien wordt tramadol gemetaboliseerd door CYP2D6, en sommige SSRI’s zijn matige tot krachtige remmers van CYP2D6 (bijv. fluoxetine, paroxetine, duloxetine). Ten slotte kunnen genetische tekorten in de CYP450-isozymes die tramadol of SSRI’s metaboliseren het risico op het serotoninesyndroom verhogen door de plasmaconcentraties te verhogen. Eén patiënt die serotoninesyndroom ontwikkelde na tramadol en citalopram had een verminderde activiteit van de isozymes die betrokken zijn bij het metabolisme van zowel tramadol (CYP2D6) als citalopram (CYP2C19).

Is Tramadol het enige opioïde analgeticum dat interageert?

Meperidine staat er al lang om bekend serotonerge effecten te hebben en heeft in combinatie met geneesmiddelen zoals niet-selectieve monoamineoxidaseremmers (bv. tranylcypromine) een ernstig serotoninesyndroom veroorzaakt. Gevallen van serotoninesyndroom zijn gemeld wanneer meperidine werd gecombineerd met SSRI’s. Fentanyl heeft ook serotonerge effecten en is, net als meperidine, in verband gebracht met het serotoninesyndroom wanneer het werd gecombineerd met SSRI’s. Morfine lijkt geen serotonerge effecten te hebben en kan veiliger zijn wanneer het wordt gecombineerd met serotonerge geneesmiddelen.

Conclusie

Gelijktijdige toediening van tramadol (en waarschijnlijk meperidine of fentanyl) met SSRI’s of SNRI’s lijkt het risico op het serotoninesyndroom te verhogen. Bij mensen die mogelijk grotere doses tramadol nodig hebben, zou het verstandig zijn om de combinaties te vermijden. Als de combinatie wordt gebruikt, moeten patiënten worden geadviseerd om te letten op de tekenen van het serotoninesyndroom, zoals spierschokken, spierstijfheid en tremoren, vooral als deze gepaard gaan met andere symptomen, zoals zweten, koorts en agitatie. Zij moeten worden geadviseerd om contact op te nemen met hun voorschrijver als er aanwijzingen zijn van het serotoninesyndroom. â-

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *